Hermetisch principe: Geslacht – Creatieve polariteit / voortbrengende kracht
Gevoel is vaak het eerste dat opkomt en tegelijk het eerste dat we negeren. Zeker als het onhandig is. Te groot, te pijnlijk, te ongemakkelijk. Dus schuiven we het opzij. We rationaliseren, verklaren, verdoven, relativeren. En ondertussen beweegt dat gevoel gewoon door. Onder de oppervlakte. In je lijf. In je gedrag. In je relaties.
Deze laag vraagt maar één ding: stoppen met omwegen. Niet alles hoeft geanalyseerd of opgelost te worden.
Soms wil iets gewoon gevoeld worden. Niet als drama, maar als informatie. Als richtingaanwijzer. Want wat je voelt, vertelt je iets over wat je nodig hebt. Of over wat je aan het negeren bent. Of over wat je al te lang vasthoudt.
Het Hermetisch principe van Geslacht gaat over schepping. Over creatieve polariteit. Over de dynamiek tussen ontvangen en voortbrengen (het vrouwelijke & het mannelijke). En dat is precies wat gevoel doet: het draagt iets in zich wat tot expressie wil komen. Niet altijd in woorden. Soms in stilte, soms in een traan, soms in beweging. Maar altijd als iets levends. Iets dat gehoord of gezien wil worden.
We zijn gewend om emoties te zien als lastig. Als iets wat je moet reguleren, onderdrukken, of ‘even verwerken’. Maar emoties zijn niet in de weg ze wijzen de weg. Verdriet laat zien waar het schuurt. Boosheid wijst op een grens. Schaamte onthult iets wat je verborgen wilt houden. En vreugde? Die laat zien wat stroomt. Wat klopt. Waar je leeft.
Deze laag vraagt dat je leert voelen zonder meteen in actie te schieten. Kun je bij je verdriet blijven, zonder jezelf af te leiden? Kun je je frustratie erkennen, zonder ‘de reden’ meteen te willen oplossen? Kun je blijdschap toelaten, ook als je hoofd zegt dat het nog niet mag? Het is niet altijd comfortabel, maar het is wel eerlijk. En op de lange termijn: bevrijdend.
Gevoel is geen zwakte. Het is contact. Met jezelf. Met het moment. Met de ander. En met het grotere veld om je heen. Hoe beter je jezelf leert dragen in wat je voelt, hoe minder je dat onbewust neerlegt bij anderen. Je hoeft niet alles uit te leggen. Je hoeft het alleen te voelen. Echt. Zonder filter. Want wat je toelaat, stroomt. En wat stroomt, wordt helder.
Als je deze laag serieus neemt, ontdek je iets belangrijks: je gevoelswereld is niet iets wat je ‘hebt’ het is een bron. Van richting. Van creatie. Van verbinding. Hoe dieper je die bron kent, hoe echter je beweegt in de wereld.
1. Wat voel ik werkelijk en durf ik dat serieus te nemen?
(De hoofdvraag – direct en uitnodigend tot eerlijkheid.)
2. Welke gevoelens neig ik te vermijden, verdoven of verklaren?
(Een vraag die helpt om eerlijk te worden over wat onderdrukt wordt.)
3. Wat wil dit gevoel mij duidelijk maken — als ik er echt bij blijf?
(Een vraag die gevoel benadert als richting, niet als storing.)